Marrakech, de internationale klimaatonderhandelingen zijn tegelijk een sociaaleconomisch debat

i-008-019.jpg
De uitstoot van CO2 (rode lijn) jaagt de temperatuur op. (Foto: Lisa/Flickr/cc/by-nc-nd)

Wiebe Eekman

De jaarlijkse internationale klimaatonderhandelingen, COP22, vinden plaats tot 18 november in Marrakech in Marokko. In tegenstelling tot de COP21, in Parijs vorig jaar, deze keer bijna geen media-aandacht. Toch gaat Marrakech over het omzetten in daden van het Akkoord van Parijs. Wordt alles gezet op kapitalistische marktprincipes? Of kunnen er ook andere wegen opengehouden worden? Dat is de strijd die al sinds 2009 in Kopenhagen in het klimaatdebat woedt. Nee, je mag de klimaatonderhandelingen niet zomaar een 'show' noemen.

Vergelijk het met de strijd tegen de vrijhandelsverdragen CETA en TTIP, die het grootkapitaal tracht door te drukken. Nog meer handel overzee, nog meer transport over de oceaan, nog meer fossiele brandstof en CO2-emissies. Precies tegenovergesteld aan het ecologisch principe van de kortst mogelijke keten met besparing aan energiegebruik en uitstoot.

Sinds het referentiejaar 1990 gaan de wereldwijde emissies van CO2 steeds sneller omhoog, al met 2,9 procent per jaar sinds 2000. Dat heeft alles te maken met de neoliberale golf van kapitalistische globalisering die sinds de val van de Muur van Berlijn woedt. De vrijhandelsverdragen CETA en TTIP zijn eigenlijk een staatsgreep van het grootkapitaal die met hun zogenaamde 'arbitrage' het mogelijk moeten maken dat multinationals de wetgeving kunnen negeren. (Zoals nu al gebeurt in Afrika door Europese multinationals. (zie artikel elders in de krant. nvdr) De uiteindelijke bedoeling is: alles wat gemeenschappelijk goed is zoals gezonde lucht, ecosystemen en een goed klimaat te privatiseren via de emissiehandel en de flexibele marktmechanismen, om alle openbare dienstverlening te privatiseren en te onderwerpen aan het winstbejag.

Het is aan de sociaal geëngageerde mensen om het klimaatdebat onder de bevolking te brengen en een andere richting uit te stuwen, naar sociale rechtvaardigheid en ecologische efficiëntie. Zij kunnen het beste het brede front steunen van de progressieve ontwikkelingslanden en de vakbondsbeweging.

De enorme kloof tussen de afspraken en wat wetenschappelijk nodig is om de opwarming te beperken

Ik las de 82 bladzijden door van het 'Emissions Gap Report 2016', gepubliceerd door de Verenigde Naties. Dat leest als een voorstudie voor het rapport dat door het Akkoord van Parijs tegen 2018 aan het IPCC wordt gevraagd om uit te stippelen wat nodig is om de verdere opwarming van de planeet onder de 1,5 graad C te houden.

Bij de onderhandelingen in Cancun, COP19 in 2013, hadden de meeste landen afspraken gemaakt over wat hun emissies zouden zijn in 2020. In Parijs hebben 195 landen een afspraak gemaakt over wat hun emissies zouden zijn in 2030. Deze worden de 'Intended nationally determined contributions' genoemd, of INDC. Het rapport maakt daarvan de inventaris op.

De huidige toezeggingen INDC tegen 2030 vertonen toch nog een kloof van 14 gigaton CO2-equivalent voor de 2 graden C limiet en een 17Gt CO2eq voor de 1,5 graden C-limiet. Ten opzichte van het huidige beleid 'Business as Usual' dien je daar nog 5Gt bovenop bij te voegen. De huidige toezeggingen, als ze ook nagekomen worden, zouden de opwarming maar tot 3,2 graden C(2,9-3,4) beperken tegen 2100. Om dit juist in te kunnen schatten moet dit vergeleken worden met de 52,7 gigaton CO2 die de globale emissie in 2014 was.

De afspraken moeten met minimaal 25 procent verhoogd worden

Het rapport roept op om niet te wachten op 2018 om de engagementen van de staten te herzien. Hoe eerder, hoe beter. Als je de grafieken bekijkt zie je dat de afspraken voor 2020 onvoldoende zijn om die van 2030 te halen, en die op zich zijn ook al onvoldoende om de afspraken van 2050 te halen. De afspraken voor 2020, de nabije toekomst dus, dienen verhoogd te worden met minimaal een kwart.

Het IPCC had in zijn rapport van 2014 berekend wat het overblijvend 'budget' aan CO2-equivalenten was dat nog mocht worden uitgestoten om de opwarming van de planeet te beperken. Door de huidige meer-uitstoot stelt het Emissions Gap Report 2016 dat dit overblijvend budget veel minder geworden is. Nog maar 217 gigaton CO2-equivalent over de periode 2015-2100, wat maar vier keer is wat er nu jaarlijks de lucht ingaat.

Het doet een voorstel voor een ontwikkeling van de gecumuleerde uitstoot die na 2050 globaal negatief zou zijn. Het rapport berekent dat de emissie tussen 2050 en 2075 min 199 gigaton zal zijn en tussen 2075 en 2100 min 353 gigaton CO2-equivalent!. Dat is natuurlijk puur gokken. Elders in het rapport wordt juist bekritiseerd dat veel landen hun grootste inspanningen plannen na 2050. Wat alles moeilijker maakt.

De ernst van het klimaatprobleem maakt het onverantwoord het debat voor het breed publiek te verzwijgen...

De wetenschappelijke rapporten van het IPCC stellen al sinds 2007 dat het voorbije jaar 2015 het kantelpunt had moeten zijn. Dat vanaf 2015 de emissies aan broeikasgassen definitief naar beneden moesten, om met nog een kans van twee op drie, onder een globale en gemiddelde temperatuursverhoging van 2 graden C te blijven. Wel, het is niet zo. Dit jaar werd een nieuw record van het warmste jaar ooit sinds de metingen gevestigd. Dit jaar werd nu ook bevestigd als het jaar waar de CO2-concentratie de 400 ppm overschreden heeft en de globale temperatuurstijging over de gevreesde 1 graad C-grens is gegaan.

Recente universiteitsrapporten constateren dat dit betekent dat er vanaf nu geen enkele steenkoolcentrale mag bijkomen en dat er geen enkele olieput meer mag worden geboord. Het IPCC had in zijn laatste rapport van 2014 al gezegd dat de achterstand in emissiebeperking betekent dat we daar bovenop actief CO2 uit de atmosfeer zullen moeten halen. CO2 uit de atmosfeer halen kan in de eerste plaats door plantengroei in al zijn vormen. De noodzaak van herbebossing, van herstel van ecosystemen is welbekend. Het capteren van CO2 door plantengroei wordt opgevolgd en berekend. En dan vaak misbruikt om de ernst van de emissies door industrie en andere sectoren te verdoezelen...

CO2 uit de atmosfeer halen kan ook technologisch. De technieken om CO2 uit rookgassen of uit de atmosfeer te halen en om te zetten naar nieuwe grondstof ter vervanging van olie bestaan en zijn rijp om toegepast te worden. Uiteraard vergt dit enorme investeringen en bijkomende menskracht, in de eerste plaats in de rijkste industrielanden.

De kernvragen zijn: Welke richting zal het uitgaan? Wie gaat dit uitvoeren? Wie gaat de kosten betalen? En zal het sociaal rechtvaardig gebeuren? Dat is wel een breed debat waard.