Speech van Rinze Visser uitgesproken op 18 maart 2014 in de gemeenteraad van De Friese Meren

Voorzitter, als je een begroting op haar politieke merites wilt beoordelen, dan heb je aan de 'troonrede' genoeg. In dit geval is dat het voorwoord van het college van B en W. "De raad zet een koers uit met ingrijpende gevolgen", zo begint het. "Met dat gegeven in het vizier zien we uit naar een goede inhoudelijke discussie over de kaders voor de overheid van morgen"' zo eindigt de wel erg korte 'troonrede' van het college.

Deze begroting is een gevolg van eerder in 2012 en 2013 door de afzonderlijke fusiepartners ingenomen standpunten en van de Haagse en Brusselse politiek van afbraak van sociale verworvenheden, en ook van culturele verworvenheden. Wij zijn nu 'een krachtige plattelandsgemeente'. Die heeft bijvoorbeeld geheel op 'eigen kracht' door het veranderen van het minimabeleid veel gemeentenaren honderden euro's door de neus geboord. Zo ook subsidies voor nuttige instellingen op 'eigen kracht' verlaagd. Deze 'krachtige' gemeente zal ook na vanavond, met terugwerkende 'eigen kracht', met nog meer 'eigen kracht', zeg maar met 'méérkracht' de subsidies voor sociaal-culturele instellingen drastisch verlaagd hebben, sterker nog: voor velen de subsidies in enkele jaren afbouwen tot nul.

Voorzitter, wij zijn natuurlijk heel erg democratisch. Wij doen als de beste aan burgerparticipatie en inspraak. Legio bestuurders, waaronder die al jarenlang zich belangeloos inzetten voor een leefbare en beschaafde samenleving, voor het culturele en sociale niveau van de samenleving, hebben meer dan eens hun standpunten naar voren gebracht. Zij verdedigden de beschaving, een beschaving die nu bij de overheid in verkeerde handen is. Zij verdedigden hun instellingen en verenigingen tegen de gemeentelijke subsidie-afbraak. Zij deden dat goed voorbereid, op een hoog niveau, met een kennis van zaken waar een groot deel van deze raad een puntje aan kan zuigen.

Veelal emotieloos werden de pleidooien aangehoord. Men hoorde woorden, maar men dacht 'zero-base', de stand op nul. Vrijwel in alle betogen van insprekers klonk door dat mensen met lage inkomens met hun kinderen de dupe worden van de bezuinigingen. En dat zijn de mensen die al meer dan eens door het 'krachtig' landsbestuur en ook door deze 'krachtige plattelandsgemeente gepakt zijn. Ik heb contributiebedragen gehoord, waarbij ik denk aan de gezinnen met kinderen, waarvan de vraag is hoe die betaald zouden moeten worden als ze nog hoger worden, indien de gemeentelijke subsidies weer verlaagd gaan worden en zelf op den duur afgeschaft gaan worden.

Ik heb in de commissies geen woede gemerkt, geen verdriet gemerkt in het land van de boekhouders. Geen verdriet om zo veel verlies aan cultuur, geen emotie om zoveel verlies aan zoveel sociaals in deze maatschappij. Het gaat hier niet meer over mensen, niet meer over mensen achter de cijfers. 'Zero-base' - ik kan dat woord niet meer horen -, kadernota, begroting... De kaders van Brussel en Den Haag! Den Haag, waar met miljardensteun de financiële sector van de rovers en de ontmantelaars van de sociale sector overeind gehouden wordt.

Denkend aan De Friese Meren zie ik in de nabije toekomst muziekverenigingen, sociaal-culturele instellingen, sportverenigingen verdwijnen of verschrompelen. Bestaat de Jouster Fanfare dan nog of is die dan uitgedund tot het formaat van een dweilorkestje als 'Kleintje Pils'? Bestaat Excelsior dan nog, of is er dan niet meer van over dan een klein bandje als 'ToontjeLager'? Hoeveel bibliotheken zijn er dan nog? Hoeveel scholen? Hoeveel positieve creativiteit zal er dan nog zijn in die 'prachtige en krachtige plattelandsgemeente', als alle creativiteit nodig zal zijn om te overleven? Om nog enige orde te kunnen scheppen in de door de bezuinigingen veroorzaakte chaos? Denkend aan de toekomst van De Friese Meren zie ik de sociale kaalslag die ontstaat door de overheveling van de rijkstaken naar de gemeente - de transities. Meer doen voor minder geld. Werknemers zijn er inmiddels al achter hoe dat werkt.

Geen woord van kritiek in de raad of in de commissies heb ik hierover gehoord. Slaafs wordt het opzadelen van de gemeente met de sociale afbraakpolitiek geaccepteerd. Ook de Frysk Nasjonale Partij - de FNP - die meent onafhankelijk van de landspolitiek te opereren, die ook zonder enige gewetenswroeging alles wat uit Den Haag komt, accepteert en... ook uitvoert. Hoe krachtig is dit gemeentebestuur? Ja, krachtig als het richting de eigen inwoners betreft, angstig als een haas en nederig als een slaaf waar het het landsbestuur betreft! Het college voert een daadkrachtig beleid waar het de werklozen betreft. Het motto lijkt hier te zijn: we zullen wel eens laten zien wie hier de baas is. Werken voor de uitkering. Was de werkloosheidsuitkering niet bedoeld als een inkomensgarantie bij werkloosheid? Nu wordt de werkloosheidsuitkering gezien als een gift, waarvoor een tegenprestatie vereist is. De werkloosheidsuitkering zélf is echter de tegenprestatie van deze maatschappij voor haar onvermogen om voor werk voor de mensen te zorgen. En dat noemt men werkgelegenheidsbeleid. Het is dwang- en illusiepolitiek in één. Over verdringing van reguliere arbeidsplaatsen heb ik hier al eerder het bewijs geleverd. Op sociale voorzieningen, op zorg voor oude en zieke mensen, op zorg voor kwetsbare jongeren, op dat alles wordt bezuinigd. Maar in Lemmer moeten er weer kapitalen uitgegeven worden aan de zoveelste herinrichting van het centrum.

De toeristen moeten straks zo van hun jacht op het terras kunnen stappen, omdat een bobo van de Kamer van Koophandel met de bestuurders door het centrum wandelend, zich liet ontvallen dat het centrum van Lemmer wel wat rommelig was. Zo'n bobo heeft meer invloed dan alle insprekende burgers van de afgelopen tijd bij elkaar...

Voorzitter, afgezien van de politieke oorzaken van de bezuinigingen, die zoals gezegd in Brussel en Den Haag en bij de grote geldslurpers liggen, is het college en ook de vorige drie colleges met hun raadsmeerderheden niet bereid geweest sociale keuzes te maken. Terwijl de straten en voetpaden en de wegen in het buitengebied binnen niet al te lange tijd de sporen van bezuiniging en verwaarlozing zullen laten zien, de kwetsbare mensen van hun zorg beroofd worden, wordt er wel een kapitaal uitgegeven aan het centrum van Lemmer, omdat er dames en heren zijn, zelf in goede doen, die wat pijn in hun ogen krijgen van wat zij als rommelig ervaren...

Voorzitter, u weet hoe de NCPN over het rijksbeleid met betrekking tot de overheveling van taken naar de gemeenten denk. Ook onze gemeente wordt gedwongen taken op zich te nemen waar veel te weinig geld tegenover staat. Als gebrekkige ouderen niet meer voor opname in een verzorgingscentrum in aanmerking komen - wat een sociale ramp wordt -. dan wordt de druk p de thuiszorg groot. Als de gemeente verantwoordelijk wordt voor de jeugdzorg en ook nog eens als een verkapt uitzendbureau moet fungeren en door geldgebrek op dit alles gaat bezuinigen, dan worden de meest kwetsbaren de dupe. Het is in feite schandalig dat de gemeenten op deze manier een groot aandeel moeten leveren aan het oplossen van de rijksproblemen. En wat hiervan de oorzaak is, heb ik al eerder uiteengezet. Ik vind dat het tijd wordt om niet langer zo volgzaam te zijn. Het minste wat er kan gebeuren is dat deze raad een standpunt inneemt. Een motie met een oproep aan regering en parlement om de bezuinigingen die met de transities gepaard gaan in heroverweging te nemen. Een motie met deze strekking zal ik zo meteen indienen.

Er wordt voorgesteld om fors te bezuinigen op de subsidies voor muziekverenigingen, maar tegelijkertijd ook op die voor muziekonderwijs. Omdat beide zeer van elkaar afhankelijk zijn, kunnen de posities van beide onderdelen ernstig verzwakken, waardoor beider bestaan op korte termijn op losse schroeven kan komen te staan. De NCPN pleit voor een onderzoek hiernaar. Een onderzoek naar wat de effecten van deze bezuinigingen zullen zijn voor het muziekonderwijs en de muziekverenigingen, in hun samenhang. Hangende dat onderzoek zouden er nog geen definitieve besluiten over de subsidies voor muziekkorpsen en muziekschool genomen moeten worden. Een motie hierover zal ik indienen.

Voorzitter, de peuterspeelzalen. Al meer dan eens is naar voren gekomen dat er op regerings- en kamerniveau ontwikkelingen zijn, waarbij het mogelijk kan blijken dat er hiervoor nog geld vrij komt. Dat zou de gemeente de mogelijkheid kunnen geven anders naar het voorstel met betrekking tot de peuteropvang te kijken. Het lijkt mij verstandig om hierover nu nog geen besluit te nemen en de ontwikkelingen in Den Haag af te wachten.

Voorzitter, ik maak mij zorgen over de positie van de gemeenteraad als vertegenwoordiging van het volk. Niet alleen is de raad als orgaan een volksvertegenwoordiging maar is ook elk raadslid zelf een volksvertegenwoordiger. Ik maak mij zorgen om meerdere redenen. Eén daarvan is de poging tot gelijkschakeling; in de volksmond heet dat: een-pot-nat. Ik begrijp dat de coalitiepartijen FNP en CDA zo veel als mogelijk is verrassingen willen uitsluiten. Dat is dan goed voor het college en goed voor de collegepartijen. Maar wat goed is voor hen, is niet altijd goed voor het volk. De vraag is aan de orde in wiens belang al die ronde en rechthoekige tafelgesprekken om tot brede overeenstemming te komen zijn. De coalitiepartijen proberen steeds de regie over de hele gemeenteraad te krijgen, om zo te bevorderen dat in de plenaire zittingen het meeste, zo niet alles, in kannen en kruiken is. Opdat zijzelf geen gezichtsverlies hoeven te lijden. Als raadsleden van de niet-coalitiepartijen daaraan willen meedoen, dan is dat hun zaak. De NCPN vaart haar eigen koers en maakt zelf wel uit met wie ze tot overeenstemming wil komen.

In mijn optiek is de gemeenteraad - de volksvertegenwoordiging - meer dan een forum waar slechts meningsverschillen zijn tussen gelijkgestemden. De ontwikkelingen om ons heen, waar de gemeente en de inwoners meer en meer mee te maken krijgen, zullen ook de principiële verschillen meer naar de oppervlakte brengen. Door al die een-pot-nat-demonstraties zullen de mensen afhaken, niet meer inspreken, niet meer stemmen. Al die insprekers, die verdedigers van de beschaving - zowel sociaal als cultureel - kunnen de komende tijd beter de koppen bij elkaar steken. Ik zou willen oproepen: vecht niet ieder voor zich! Want anders is de nederlaag voor vrijwel allen verzekerd. Bestrijdt vooral de politieke hoofdverantwoordelijken! En elke herhaling van de mantra 'er moet nu eenmaal bezuinigd worden' is het begin van de komende nederlaag en teleurstelling. Want mooier kun je het met deze mantra voor de bezuinigers van gemeente, rijk en de Europese Unie niet maken.