Van wie was en is SNS Reaal?

In 2006 kreeg SNS Reaal definitief een puur kapitalistisch karakter: de 'vakbondsbank' gaat naar de beurs. We kennen het resultaat nu. (Foto: Tjeerd/Flickr/cc/by)

Maarten Muis

Wederom redt een sociaaldemocratische minister van financiën een bank. In tijden waarin we spreken over zeer ernstige gevolgen van bezuinigingen van enkele miljoenen per grote stad op de thuiszorg, stut Jeroen Dijsselbloem de bank SNS Reaal met 3,7 miljard aan belastinggeld.

De context van de nationalisatie is bizar. Aan de ene kant mensen die zorg behoeven en het nu niet meer krijgen. Plus honderden ontslagen thuiszorg-medewerkers. Aan de andere kant de wereld van een grote hoeveelheid kapitaal geïnvesteerd in zakelijk vastgoed, dat plots niet meer het beloofde rendement oplevert. Het kapitaal waarmee SNS Reaal speculeerde is echter opgebracht door net zulke hardwerkende mensen als de thuiszorg-medewerkers.

Achter SNS Reaal zit een verhaal dat verheldert hoe de heersende klasse met neoliberale hervormingen de crisis van overproductie sinds de jaren zeventig probeerde op te lossen en daar uiteindelijk in faalde. Manifest heeft eerder geschreven over de privatiseringen als de kraak van de eeuw. Kapitalisten braken in de jaren tachtig en negentig de kluis met kapitaal, die zich in het publieke domein bevond, open: zij privatiseerden de staatsbedrijven, de woningbouwverenigingen, de nutsinstellingen zoals energie en water en dus ook coöperatieve spaarbanken en verzekeringsmaatschappijen.

SNS Reaal komt onder meer voort uit de nutsspaarbank met de 'S' en de verzekeringstak van de FNV: Reaal. In 1996 was ook het verzet binnen de vakbeweging gebroken en werden de aandelen van Reaal door het FNV-hoofdbestuur aan SNS verkocht. Deze geprivatiseerde bank bevond zich in de achterhoede van privatiseringen en kon niet meer profiteren van de hausse aan speculatieve geldvermeerdering die kort na het verdwijnen van de Sovjet-Unie optrad. Het werd uiteindelijk door overmoedige bestuurders opgescheept met een slecht renderende vastgoedtak, dat uiteindelijk de val van de bank inleidde.

Direct na de nationalisering twee weken geleden werd de discussie gericht op de veel te hoge beloning van de nieuwe topman. De minister ging pal voor zijn keuze staan en benadrukte dat deze bankier de taak heeft de bank zo snel mogelijk weer in private handen te krijgen. In die zin was deze nationalisatie, hoe noodzakelijk het ook is om te knokken om de economie in collectief bezit te krijgen, allesbehalve een progressieve keuze. Het is van belang ook een ander thema in de discussie te brengen: de bezitsverhoudingen. Want de geschiedenis van SNS Reaal maakt veel duidelijk over de doelgerichte versterking van de kapitalistische bezitsverhoudingen sinds de jaren zeventig.

Nutsspaarbanken ontstonden vanuit de noodzaak om spaargeld van gewone werkende mensen te beheren. Deze coöperatieve banken hadden een andere basis dan de banken die vooral het kapitaal van de grote bedrijven, waaronder die in de koloniën, beheerden. ABN AMRO is een product van deze banken. De voorloper van SNS Reaal ontstond in een tijd, de negentiende eeuw, dat de arbeidersbeweging eigen voorzieningen organiseerde. Hieronder dus ook verzekeringen en spaarbanken. Het is opgebouwd met door hard werken verdiende dubbeltjes.

Het in eigen beheer hebben van die voorzieningen door middel van een coöperatieve organisatievorm was ook een ideologische keuze. Nu zijn we meer dan een eeuw verder en wordt nog dagelijks hard gewerkt in de burgerlijke media om zulke ideologische keuzes als ouderwets en niet-werkbaar af te schilderen. We moesten allemaal mee met de neoliberale hervorming en verloren daarbij de zeggenschap over onze vakbondsverzekeringen en coöperatief beheerde spaartegoeden. De profiteurs van de privatiseringen hebben hun slag geslagen. Die hebben hun winst op tijd in veiligheid gebracht. Nu het mis gaat door de economische crisis wordt een onrendabele bank als SNS Reaal weer doorgeschoven naar het publieke domein.

Het publieke domein kan goed een coöperatieve bank gebruiken, die spaargeld van werkende mensen beheert en investeert in zaken zoals sociale woningbouw, gezondheidszorg en publieke dienstverlening. Dus in voorzieningen die in het belang zijn van henzelf. Er is geen enkele opening geweest om het debat in die richting te krijgen. Door Dijsselbloem en consorten is dat vakkundig voorkomen, door maar te blijven volhouden dat SNS Reaal onderdeel is van de 'financiële wereld' met zijn eigen, ondoorgrondelijke wetten. Terwijl de bank gebouwd is op de arbeid van mensen. En dus ook in de handen van werkende mensen hoort te zijn.