Klassiek en actueel

(...) Maar er is nog meer. Volgens Feuerbachs theorie van de moraal is de effectenbeurs de hoogste tempel van de zedelijkheid - mits men steeds juist speculeert. Wanneer mijn drang naar geluk mij op de beurs brengt en ik daar de gevolgen van mijn handelingen zo juist schat, dat zij mij slechts aangename dingen en geen nadeel brengen, d.w.z. dat ik steeds win, dan is Feuerbachs voorschrift vervuld. Ook tast ik daarbij niet dezelfde drang naar geluk van iemand anders aan, want die ander is even vrijwillig naar de beurs gegaan als ik, is bij het afsluiten van de speculatiezaak met mij evengoed zijn drang naar geluk gevolgd als ik de mijne. Verliest hij zijn geld, dan wordt juist daardoor bewezen dat zijn handeling, omdat die slecht berekend was, onzedelijk is, en doordat ik hem de verdiende straf toedien, kan ik zelfs als een moderne Rhadamanthys [1] trots een hoge borst opzetten. Ook de liefde heerst op de beurs, voor zover zij niet louter sentimentele frase is, want ieder vindt in de ander de bevrediging van zijn drang naar geluk en dat is immers wat de liefde moet presteren en waar zij zich praktisch mee bezighoudt. Wanneer ik dan met een juist vooruitzien van de gevolgen van mijn operaties, dus met succes speculeer, dan voldoe ik aan al die zo strenge eisen van de moraal van Feuerbach en word ik bovendien een rijk man. Met andere woorden, Feuerbachs moraal is pasklaar gemaakt voor de tegenwoordige kapitalistische maatschappij, hoe weinig hij dat zelf ook moge willen of vermoeden. (...)

Uit: Ludwig Feuerbach en het einde van de Klassieke Duitse Filosofie, Friedrich Engels, 1888.

1. Zoon van Zeus en rechtvaardig heerser van Kreta. Later vanwege zijn eerlijkheid benoemd als rechter in de onderwereld.