Voor Libië is er geen morgen

libie.jpg
Parijse bijeenkomst waar de geroofde 'steun' voor Libië werd verdeeld.

Redactie buitenland

Er is geen morgen voor de Libische bevolking onder een door de NAVO gesponsorde Al Qaeda-opstand. Terwijl er geforceerd en met militaire (lucht)steun van de NAVO een 'pro-democratie' rebellenregering wordt geïnstalleerd, werd het land verwoest en aan de westerse ketting gelegd.

Gesteund door de niet aflatende westerse oorlogspropaganda werden en worden de economische en sociale verworvenheden, die in Libië de afgelopen dertig jaar werden gerealiseerd, brutaal afgebroken:

Libië [Libyan Arab Jamahiriya] had een hoge levensstandaard en per hoofd van de bevolking een robuuste dagelijkse calorie-inname van 3144. Het land boekte aanzienlijke vooruitgang in de volksgezondheid en sinds 1980 is de kindersterfte gedaald van 70 per duizend levend geborenen tot 19 in 2009. De levensverwachting steeg in dezelfde periode van 61 naar 74 jaar (FAO, Rome, Libia, Country Profile). Vóór de oorlog had Libië geen schulden. Integendeel, het land investeerde in de omringende Afrikaanse landen en was zelf schuldeiser.

Probleem is dat de Libische leider Moammar Khadaffi in de loop van de tijd van progressief en anti-imperialistisch veranderde in een autoritaire alleenheerser die weliswaar steun behield onder grote delen van de bevolking, maar ook steeds meer weerstand opriep. In het olierijke gebied rond Benghazi bevonden zich voldoende avonturiers om een basis te vormen voor de gewapende strijd tegen de regering in Tripoli.

De rebellen worden terloops gepresenteerd als 'bevrijders', terwijl de strijd nog in volle gang is op tal van plaatsen in Libië. Alleen al daaruit blijkt dat de 'bevrijding' wordt opgedrongen en afgedwongen. De centrale rol van de aan Al-Qaeda verbonden terroristen binnen de gelederen van de rebellen wordt niet genoemd.

Een nieuwe frisse start in de nasleep van deze zoveelste brute inmenging in binnenlandse aangelegenheden door het Westen zal onmogelijk blijken te zijn. Vernietigingen, angst en sociale wanhoop, talloze doden en wreedheden, uitvoerig gedocumenteerd door de onafhankelijke media, staan dat in de weg. De voordelen zullen eenzijdig voor het Westen en de westerse marionetten zijn, die nu een kans krijgen zich over de ruggen van de bevolking te verrijken. Daar zal de verrijking door de familie Khadaffi bij in het niets zinken. De westerse doelen waren van meet af aan duidelijk: zekerheid over de beschikking van de Libische olie en andere grondstoffen, een militair bruggenhoofd tegen de groeiende aanwezigheid van China in Afrika en de revenuen van de wederopbouw van het land voor westerse bedrijven. Het bekende Iraakse recept. Betaald door de belastingbetalers in de westerse landen en geroofd van de Libische bevolking. De bevroren overzeese Libische financiële activa worden geschat op 150 miljard dollar. De NAVO-landen beschikken over meer dan 100 miljard dollar van dat bedrag. Het Pentagon schat de kosten voor de Amerikaanse belastingbetaler op 2 miljoen dollar per dag. Dit officiële cijfer zal zeker, zoals steeds, later blijken veel te laag te zijn geweest.

Mocht er al hier en daar euforie heersen dan zal dat van korte duur zijn. De historische ommekeer die in de economische en sociale ontwikkeling van het land heeft plaatsgevonden zal op hevige teleurstelling onder de bevolking uitdraaien en de basis leggen voor nieuw verzet. De resultaten van de sociale vooruitgang zijn gewist en zullen zeker niet met steun van het Westen worden hersteld. Integendeel, Libië wordt in het keurslijf van een ontwikkelingsland met schulden aan het Westen geplaatst, onder toezicht van de Washingtonse Bretton Woods-instellingen.

Het is bittere ironie dat, na de diefstal van de Libische olierijkdom en de in beslag genomen overzeese financiële activa, de 'donor gemeenschap' het gestolen geld terugleent aan Libië om de na-oorlogse 'wederopbouw' te financieren.

De inval in Libië was gepland om ook het laatste land in die regio dat zich min of meer los ontwikkelde van IMF en Wereldbank te dwingen in het westerse gareel te laten lopen.