Johannes-Paulus vond communisme de ergste vijand van de kerk

Kanunnik François Houtart is professor emeritus aan de Université catholique de Louvain, directeur van het CETRI(*) en medestichter van het Wereld Sociaal Forum. Als jongere heeft hij de paus goed gekend.

"Johannes-Paulus zag het communisme als de ergste vijand van de kerk. Hij wilde een sterke en gedisciplineerde kerk met duidelijke dogma's om dat gevaar te lijf te gaan! Daarom heeft hij geen moment getwijfeld om Solidarnosc te steunen en zelfs om min of meer openlijk bondgenootschappen te sluiten met de meest anticommunistische politieke en economische machten, zoals die van Ronald Reagan.

Toen het communisme in zijn ogen geen politiek gevaar meer betekende, is Johannes-Paulus gaan werken aan het verkleinen van de kloof tussen de kerk en de staat van de westerse maatschappij, vooral inzake de familiale en seksuele moraal. Dat werd het tweede gevecht dat hij in zijn laatste jaren heeft geleverd.

In de 27 jaar van zijn pontificaat heeft hij altijd een politiek gevoerd om de meest conservatieve bisschoppen te benoemen, met een extra duwtje voor Opus Dei. Die politiek had vooral rampzalige gevolgen in Latijns-Amerika. Ze leidde tot het verdwijnen van de basisgemeenschappen van de volkskerk. Hij trok heel sterk van leer tegen de bevrijdingstheologie die hij verweet marxistisch te zijn.

Ondanks alles een positief punt: over de embargo's en de oorlogen heeft hij wel vrij progressieve standpunten ingenomen. Zo was hij gekant tegen de embargo's tegen Cuba en Irak en tegen de Irak-oorlogen, vooral tegen de tweede. Op ideologisch vlak stond hij dichter bij Bush dan bij Clinton. Maar de laatste tijd verwijderde hij zich weer van Bush (de paus was bijvoorbeeld erg tegen de Amerikaanse protestants-christelijke sekten die over Latijns-Amerika uitzwermden). Zijn progressieve standpunten over de oorlog en de embargo's krijgen weinig weerklank, omdat hij in het algemeen echt wel zeer conservatief was."

(*) Het CETRI (Centre Tricontinental) wil het woord geven aan "de mensen van het zuiden". Voor meer info www.cetri.be

Aalmoezenier van het neo-liberale kapitalisme

Remi Verwimp is priester in Antwerpen. Hij stelt zich al heel lang vragen bij de band tussen theologie en maatschappij. "De dood van Karol Wojtila is uitgegroeid tot een ongeëvenaarde mediahype. Deze paus wordt nu al vereerd als een held, een heilige. Religie kan een mooi kleed weven omtrent dictatoriale macht. Verzet tegen structureel onrecht wordt gedoofd met mooie praatjes over God. In deze harde, kapitalistische samenleving maken wij een heropleving mee van het verlangen naar religie en spiritualiteit. Zonder binding en gemeenschap, moederziel alleen onder de zwijgende hemel, kijkt de moderne zoekende solo-religieus al te graag op naar de sterke, (religieuze) leider. Velen hebben zelf de Katholieke Kerk verlaten in de overtuiging dat 'Der Untergang' een kwestie van tijd is. Maar de leider deed zijn werk. Honderddrienwintig Nieuwe Katholieke Bewegingen werden tijdens dit pontificaat erkenden gesteund, zoals: Opus Dei, Neokatechumenaat, Communione e Liberazione, Egidiusgemeenschap, de Tiberiade, e.a. Kenmerken van deze rechts-conservatieve bewegingen zijn: grote trouw aan paus en hiërarchie, sterk geloof in sacramenten, strenge seksuele moraal, fundamentalistische lezing van de bijbel, kleinschalige gemeenschappen gekoppeld aan grote bijeenkomsten zoals de Wereldjongerendagen, een sterk missionair elan, hulp in plaats van maatschappelijke veranderingen, conservatisme met compassie voor armen en vluchtelingen. Kortom, de aalmoezeniers van het neoliberale kapitalisme. Jezus van Nazareth had niets met lijdensmystiek. Geen verheerlijking van het kruis. Hij verzette zich tegen elke vorm van lijden, tegen alle onrecht. Daarom stierf hij niet in zijn bed. Omdat hij de uitbuiting van de armen door religieuze en politieke leiders ging aanklagen tot in het centrum van de macht, werd hij opgepakt. Op grond van politiek verzet werd hij veroordeeld tot de kruisdood. Machthebbers denken altijd dat ze verzet kunnen breken door iemand fysiek uit de weg te ruimen."