Utopie en werkelijkheid


De 'tegenpool' blijft actief in Griekenland. Foto Risospastis/KKE.


 

Anna Ioannatou

Ook Griekenland heeft in de maand september zijn 'Prinsjesdag', zij het dan ook zonder telgen van een koningshuis. De boodschap, die van hogerhand aan den volke wordt verkondigd is echter in de regel hoopvoller voor de 'prinsen' van groot financieel postuur dan voor de bevolking, tot wie men zich (ook) richt.

Ook dit jaar bleek uit de toespraak van premier Karamanlis, dat 'sociaal' danig in de knel komt te zitten en dat voor het grootkapitaal nog meer ruimte geschapen wordt. Niet alleen toont de (sinds maart) nieuwe regering aan vastbesloten te zijn het volksonvriendelijke beleid van de vorige (sociaal-democratische) regeringen voort te zetten, maar beloofde tevens haar best te doen tegemoet te komen aan de steeds reactionairder wordende eisen van de leidende grootondernemerskringen.

De verwachte beloftes aan 'gevoelige sociale groeperingen' bleken geen plaats te hebben in de uiteenzettingen van de premier.

Voor de voortschrijdende privatiseringen (waaraan al heel wat overheidsondernemingen van strategisch nationaal belang ten offer zijn gevallen) is niets meer heilig. Verscholen achter de mooi klinkende uitdrukking "benutten van roerend en onroerend overheidsgoed" mag er nu ook gezeten worden aan het vermogen van verzekeringsfondsen. Ook de Olympische infrastructuur mag "rationeel benut worden." Doel van de grote uitverkoop aan het privé-kapitaal is dat deze zo'n 1,5 miljard euro gaat opleveren in het jaar 2005. Dit wordt de "nieuwe generatie van privatiseringen" genoemd.

Om de overheidsmaatregelen ter steun van het grootkapitaal te rechtvaardigen sprak de premier van een georganiseerd beleid dat in drie woorden is samen te vatten: productiviteit-kwaliteit-concurrentievermogen.

De nieuwe 'groeiwet' zorgt voor meer steun aan grootondernemers, maar de financiële voorwaarden voor het scheppen van nieuwe arbeidsplaatsen worden tenietgedaan.

Toch kondigde de premier aan dat men aan zou sturen op een ...menselijke staat met een agressief beleid tegen de werkloosheid via het drieluik onderwijs-groei-werkgelegenheid, dat tegemoet dient te komen aan de behoeftes aan semi-geschoolde werkkrachten, flexibel en goed aanpasbaar aan de schommelende noden van ondernemingen.

De tegenpool

Het PAME (Arbeiders Strijd Front) heeft een Platform van Eisen opgericht als instrument voor een effectievere strijd van de werkende klassen voor hun rechtmatige aandeel in de door hen geproduceerde rijkdom.

De afgelopen acht jaar is de leuze 'voor een sterk Griekenland', gelanceerd door de vorige premier, gedeeltelijk waarheid geworden. Inderdaad zijn industriëlen, reders, bankiers en grootaannemers (nog) sterker geworden. De werkende klassen zijn er echter op achteruitgegaan. Dus over welk Griekenland heb je het eigenlijk, als je spreekt van 'sterk', aldus het PAME.

Sinds 1995 is het BNP (bruto nationaal product) met 40 procent gestegen, maar het minimumdagloon is slechts 25 euro. En in de eerste helft van 2004 stegen de winsten van met beurzen verbonden ondernemingen met 30 procent,maar 1 op de 3 gepensioneerden krijgt minder dan 400 euro pensioen. Het fabeltje dat hoe meer winst er door bedrijven gemaakt wordt, des te meer de werknemers er een graantje van meepikken, blijkt nog steeds een fabeltje. Die winst kan immers juist groter worden doordat de uitbuiting groter wordt.

Het Platform van Eisen stelt dus, rekening houdend met de minimum levensbehoeften van nu, dat het minimumloon 1200, het minimumpensioen 960 en het minimumdagloon 48 euro moet bedragen.

Verder een vaste 35-urige werkweek (7 dagen van 5 uur natuurlijk en niet het zogenaamde 'flexibele' Franse model!), bescherming van werklozen, een overheidsverzekeringsstelsel en gratis onderwijs en gezondheidszorg voor iedereen.

Uiteraard een utopie onder kapitalistische eigendomsverhoudingen en alleen bereikbaar wanneer de basisproductiemiddelen volkseigendom worden en dus de grote meerderheid eindelijk de vruchten van haar eigen inspanningen kan plukken.

Utopie = onbereikbaar ideaal.