Imperialisme in het Midden-Oosten

Deel vier van de bijdrage van Harpal Brar aan de conferentie van de NCPN op zondag 17 november 2002 in Amsterdam. Het boek van Harpal (in het Engels) is verkrijgbaar voor 22.00 euro op het kantoor van de nCPN. Deze bijdrage is als brochure te bestellen voor 1.00 euro plus verzendkosten.

Wie de economie en de politiek van het Midden-Oosten vanaf het begin van de 20e eeuw wil begrijpen, hoeft enkel de spelling, de uitspraak, het belang en de betekenis van het woord 'olie' te leren.

Ineenstorting van de Sovjet-Unie en nieuw kolonialisme

Nu de Keynesiaanse consensus, zelf een product van zeer bijzondere omstandigheden, afgebroken is en de Sovjet-Unie verdwenen, voelt de bourgeoisie van de imperialistische landen zich flink genoeg om de eigen arbeidende klasse (werkloosheid en bezuinigingen op sociale voorzieningen en loon) en onderdrukte volken in het buitenland (de oorlogen in Irak, Joegoslavië en Afghanistan) aan te vallen. Bij het bespreken van deze moeilijke en pijnlijke periode komen de volgende woorden van Stalin in herinnering, uitgesproken op het zevende Uitgebreide Plenum van het Uitvoerend Comité van de Komintern, in de controverse met de contrarevolutionaire Trotskistische 'linkse' oppositie in de CPSU(B):

"Wat zou er gebeuren als het kapitaal er in slaagt de Republiek der Sovjets neer te slaan? Er zou een tijdperk van de zwartste reactie in alle kapitalistische en koloniale landen aanbreken. De arbeidende klasse en de onderdrukte volkeren zouden bij de keel gegrepen worden en de posities van het internationale communisme verloren."

Nu de Sovjet-Unie er niet meer is, nu de zwarte periode van reactie is aangebroken, nu de arbeidende klasse en de onderdrukte volkeren inderdaad bij de keel gegrepen worden en het imperialisme bezig is de onderdrukte naties opnieuw te koloniseren, kunnen revolutionairen enkel met bewondering en nostalgie terugkijken naar de oude USSR en hopen op haar herstel. Daarbij hebben alleen de bourgeoisie en haar agenten in de werkende klasse - sociaal-democraten, revisionisten en trotskisten - reden om zich te verheugen over de verdwijning van de Sovjet-Unie.

Terwijl de Sovjet-Unie naar haar laatste adem snakte, in de directe nadagen van haar ineenstorting, hadden de imperialistische staatslieden gladde praatjes over het spoedige 'vredesdividend' wanneer de Koude Oorlog over zou zijn. Ze wachtten echter zelfs niet op de aftakeling van de USSR voordat ze een zeer brutale en agressieve oorlog tegen Irak begonnen. Deze oorlog, gevoerd onder hypocriete slogans over 'onafhankelijkheid', 'gerechtigheid' en 'soevereiniteit van naties', ging eigenlijk over het leggen van de claim van de imperialisten op de buit van de natuurlijke bronnen van de onderdrukte naties en om de waarschuwing te geven dat iedere poging tot verzet hiertegen met vernietiging beantwoord zou worden.

Sinds de Eerste Wereldoorlog hebben de dominante imperialistische krachten in het Midden-Oosten, Groot-Brittannië als eerste en sinds het midden van de jaren vijftig van de vorige eeuw de VS, hun wurggreep op de regio kunnen behouden door er een reeks van marionettenregeringen aan te stellen, een verdeel-en-heers-beleid te voeren, en wanneer dit mislukt door het gebruik van bruut geweld, ofwel direct ofwel door officile oorlogen, waarin de Israëlische "Loyale joodse Ulster" (vrijwilligers, nvdv) als speerpunt optreden om de imperialistische belangen te beschermen "in een zee van vijandig arabisme." Ze hebben het zo geregeld dat landen met weinig inwoners enorme olievoorraden hebben, terwijl landen met een omvangrijker populatie maar weinig oliereserves hebben. Zo zit de kleine groep van GCC-landen, met een totale bevolking van minder dan vijf miljoen inwoners, op een kwart van 's werelds olievoorraad. Met de invasie van Koeweit verstoorde Irak deze regeling en vertegenwoordigde een zeer serieuze bedreiging voor de imperialistisch-geplande statusquo, ontworpen om de imperialistische controle over het Midden-Oosten en zijn grote voorraden aan olie en gas te behouden. Daarbij hebben de marionettenregeringen, vooral die van Saoedi-Arabië, in opdracht van het Amerikaanse imperialisme, enorme financiële steun gegeven en doorgeschoven naar contra-revolutionaire en fundamentalistische bewegingen van Afghanistan tot Jemen, van Palestina tot Nicaragua. In één nacht verkreeg Irak de controle over eenvijfde van de mondiale olievoorraad.

Ondanks deze wilde fluctuaties in de inkomsten van de Golfstaten, hadden ze zelfs in slechte jaren grote hoeveelheden oliedollars die, terwijl ze de imperialistische financiële instituties steunen en de tekorten van de VS financieren, nog steeds grote sommen geld overlaten voor de besteding aan wapens en waarmee ze een lucratieve markt vormen voor de grote wapenproducenten in de VS, Groot-Brittannië en Frankrijk. Tussen 1980 en 1990 bijvoorbeeld besteedden drie Golfstaten een totaal van 150 miljard dollar aan bewapening, waarvan Irak 100 miljard dollar voor z'n rekening nam, Saoedi-Arabië 35 miljard dollar en Iran 15 miljard dollar.

Hieruit blijkt hoe hecht de band is tussen financierskapitaal, olie en de wapenindustrie, alle onder dominantie van het financierskapitaal dat met elkaar verbonden is door overlappende aandeelhouders en met elkaar verstrengelde directeurschappen. Hoe machtig de oliemaatschappijen zijn, kan worden afgeleid van het feit dat Exxon het op twee na grootste bedrijf ter wereld is. Van de top 15 van bedrijven zitten er drie in olie, waaronder Shell en BP. Van de top vijf van Britse bedrijven zitten er twee in olie en ook van de top vijf van Europese bedrijven zitten er twee in olie.

Niet voor niets gaat een groot deel van het defensiebudget van het Amerikaanse imperialisme naar het beschermen van olievoorraden tegen potentieel bedreigende landen (waarvan sommige niet meer dan één oliebron met een door het imperialisme verstrekte vlag) zoals die georganiseerd zijn in de GCC. Niet voor niets vormde het Amerikaanse imperialisme een leger van 700.000 mensen uit 28 landen, waaronder enkele Arabische, die zich - naïef gelovend dat het Amerikaanse imperialisme hen zou belonen voor hun niet al te eerzame diensten - aansloten bij de Amerikaanse kruistocht. Zodra ze niet langer nodig waren liet het Amerikaanse imperialisme ze als uitgeperste citroenen vallen, net zoals het iets eerder gedaan had met Saddam Hoessein. Deze landen betalen nog steeds de prijs voor hun zondige activiteit en genieten de status van 'schurken' of 'terroristen'staten, die het Amerikaanse imperialisme toekent aan ieder land waarvan de regering maar het kleinste teken geeft van het innemen van een onafhankelijke positie. Het is een onderdeel van de tragedie van Arabische volkeren dat het imperialisme dit heeft kunnen gebruiken tegen verschillende regimes in de regio: van zionisme tot de Sjah van Iran, de koning van Jordanië en de Egyptische en Syrische regimes, tot de Saoedi-Arabische autocratie, om bewegingen te onderdrukken die enige bedreiging vormden voor de imperialistische overheersing.

De Golf Oorlog (die overigens nooit is beëindigd) was geen episodische aangelegenheid. Sindsdien hebben het Amerikaanse imperialisme en zijn bondgenoten, bevrijd van de tegenwerpende kracht van en beperkingen door de voormalige USSR, een genocidale oorlog tegen het kleine Joegoslavië gevoerd en zijn ze momenteel bezig met een vergelijkbare roofoorlog tegen het volkvan Afghanistan. Het militaire budget van de VS is omhoog geschoten van 280 miljard dollar in 1990 tot de huidige 350 miljard dollar, waarbij Bush junior nog heeft beloofd dit in de komende jaren te verdubbelen. Het tijdperk sinds de ineenstorting van de Sovjet-Unie heeft onweerlegbaar bewijs geleverd dat het hele idee van 'vredesdividend' dat zou resulteren in het eind van de Koude oorlog een absoluut droombeeld was. De waarheid wijst juist in de andere richting. Het verval van de Sovjet Unie heeft alle beperkingen opgeheven tegen imperialistische piraterij en oorlog. (wordt vervolgd)

Vertaling: Herwin Sap.